Wij gaan over tot de MINNELIJKE inning van alle facturen, ereloonstaten, schulderkentenissen, …
Onze opdracht is niet beperkt tot de verzending van een ingebrekestelling.
Wij waken eveneens over de opvolging van afbetalingsplannen en activeren, indien nodig, de procedure door de verzending van herinneringen of telefoontjes.
Alvorens kosten bloot te stellen, voeren wij een onderzoek naar de solvabiliteit.
Al deze stappen worden uiteraard ondernomen met strikte eerbiediging voor de wetsbepalingen en het toepasselijk tarief.
Wij blijven geheel te uwer beschikking voor iedere inlichting via het « Contactformulier cliënt ».
MINNELIJKE INVORDERING |
Ten laste van een particulier | Ten laste van hetzij een rechtspersoon, hetzij een natuurlijke persoon-handelaar |
= ZONDER KOSTEN voor de schuldenaar | = KOSTEN ten laste van de schuldenaar |
Invordering van :
|
Invordering van :
|
De vordering tot het bekomen van interesten en een schadebeding zijn ALLEEN MOGELIJK, indien ze voorzien zijn in de onderliggende overeenkomst |
Behoudens strijdige overeenkomst tussen partijen, kunnen interesten aan 8,5%, alsook een forfaitaire schadevergoeding van 40 € worden gevorderd van de schuldenaar. |
- DE MINNELIJKE INVORDERING TEN LASTE VAN EEN PARTICULIER
De wet van 20 december 2002, die voorziet in een minnelijke inningsprocedure van schulden, werd gewijzigd door de economische herstelwet van 27 maart 2009.
Toepassingsveld
De wet van 20 december 2002 beoogt uitsluitend de bescherming van de consument, d.w.z. de natuurlijke persoon, die schulden is aangegaan, die vreemd zijn aan zijn professionele, commerciële of artisanale bedrijvigheid. Om de betekenis van de term “consument” te begrijpen, dient toepassing gemaakt te worden van het criterium van de bestemming. Anders gezegd, het is de bestemming, die gegeven wordt op het ogenblik van de verrichting aan het goed of de dienst, waarvoor een schuld wordt afgesloten, die bepalend is om de hoedanigheid van schuldenaar (consument of professional) vast te stellen.
Gevolgen
De gerechtsdeurwaarder dient de verplichtingen te eerbiedigen, die door de voornoemde wet worden vooropgesteld. De gerechtsdeurwaarder mag geen kosten ten laste van de schuldenaar in rekening brengen buiten de bedragen, die vervat zijn in de onderliggende overeenkomst in geval van niet-eerbiediging van de contractuele verplichtingen (artikel 5 van de wet van 20 december 2002). De kosten, die niet mogen in rekening gebracht worden ten laste van de schuldenaar, zijn (niet beperkende lijst) :
- de kost van een ingebrekestellingsbrief;
- de verzendingskosten;
- de opzoekingskosten (via het Rijksregister of een commerciële gegevensbank);
- het inningsrecht;
- het afkortingsrecht;
- …
Derhalve is de ingebrekestellingsbrief kosteloos voor de schuldenaar. Alleen de hoofdsom, de interesten en het schadebeding (indien zij voorzien worden in de onderliggende overeenkomst), zullen kunnen worden ingevorderd te zijnen laste.
- MINNELIJKE INVORDERING BIJ HANDELSTRANSACTIES
De wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstal bij handelstransacties werd gewijzigd door de wet van 22 november 2013. Deze wet is van toepassing op handelstransacties. De in het kader van een minnelijke inning blootgestelde kosten blijven ten laste van de schuldenaar. Bovendien, wanneer de algemene verkoopsvoorwaarden de toepassing van een verwijlinterest of van een schadebeding niet voorzien, zullen een interest van 8,5%, alsook een forfaitaire schadevergoeding van 40 € kunnen gevorderd worden van de schuldenaar (art. 5 en 6 van de wet van 2 augustus 2002).